Stalen Bruggen

Tijdens het 15 jarig bestaan van Seconed zijn er diverse stalen bruggen de revue gepasseerd. De meest in het oog springende bruggen waren zondermeer de Hanzeboog in Zwolle en de Stadsbrug in Nijmegen.

Maar ook op dit moment worden er door Seconed weer een viertal beweegbare bruggen getoetst, zijnde:

  • De twee reusachtige identieke basculebruggen voor de “Nieuwe Sluis Terneuzen
  • De Roggebotbrug in Kampen op de N307
  • De beweegbare bruggen op de N246 (Prinses Amalia brug en Kogerpolderbrug)

Bij alle weg- en spoorbruggen is het ontwerp van de bruggen op vermoeiing een hot topic maar bij beweegbare bruggen speelt niet enkel altijd het verkeer een belangrijk rol maar kan ook de wind een significante bijdrage leveren aan de vermoeiingsschade. Grote beweegbare bruggen hebben een groot statisch moment om de draaias voor wind maar steken bovendien ook ver boven het maaiveld uit waardoor ze ook veel wind vangen. Gelukkig worden meestal maar een beperkt aantal bouwdelen zowel op vermoeiing door verkeer als op vermoeiing door wind belast waardoor de vermoeiingsanalyse weer wat vereenvoudigd kan worden.

Bij het ontwerpen van dergelijke bruggen moet men in VO fase, of toch zeker in de DO fase, al rekening houden met de juiste vermoeiingsdetails. Vaak zien we dat ontwerpers de vermoeiingscontrole vooruitschuiven en dit pas echt oppakken wanneer de verbindingen en lassen ontworpen worden met soms onaangename verrassingen tot gevolg. Last minute moeten er dan allerlei aanpassingen gebeuren om het geheel recht te rekenen met als gevolg een toename van de materialen of een toename van de complexiteit van de details welke beiden altijd aanleiding geven tot een verhoging van de kostprijs.

Typische fouten die vaak gemaakt worden door onervaren ontwerpers is het feit dat er op vermoeiing ontworpen wordt met vereenvoudigde aannames om de spanningswisselingen in de verschillende onderdelen te bepalen. Aannames of vereenvoudigingen die statisch correct zijn, zoals het moment wordt opgenomen door de flenzen en de dwarskracht door het lijf, zijn dit niet meer bij dynamische berekeningen. Bij vermoeiingsberekeningen moet uitgaan worden van het effectief spanningsbeeld om de schade te berekenen. Anderzijds proberen ontwerpers zich op het laatst nog te redden door zo gunstig mogelijke vermoeiingsdetails voor te schrijven die echter zeer bewerkelijk zijn (slijpen van de lassen) of heel veel controles vragen op de werkplaats (bijvoorbeeld strengere tolerantie eisen dan deze die aangegeven worden in de EN 1090-2 m.b.t. misalignment).

Ook het bewegingswerk van de brug en het opvolgen van de coatingwerkzaamheden behoren tot het standaardpakket van Seconed. Brugcilinders met een diameter van 600 mm en een slag van 7 meter of panamawielen met een diameter van 3 meter zijn ons niet vreemd.

Hoe vroeger Seconed in het ontwerptraject betrokken wordt hoe sneller onze specialisten u met raad en daad kunnen bijstaan. Het voordeel van het werken bij een TIS bedrijf is dat onze mensen heel veel projecten en ontwerpen zien voorbijkomen en daardoor over een berg aan ervaring beschikken en al heel veel oplossingen en alternatieven hebben zien passeren. Heeft u vragen of wilt u eens van gedachten wisselen over bepaalde ontwerp- of uitvoeringsdetails? Wij gaan het gesprek graag met u aan!


Marc van Hout

Technisch Manager / Projecten Civiel